
31
kookgereedschap
1. Gebruik uitsluitend voor inductie geschikt
kookgereedschap!
2. Geschikt zijn: edelstaal potten/pannen met
ferromagnetische bodem of kern, gietijzeren
potten/pannen, geëmailleerde ijzeren
potten/pannen.
3. Of uw kookgereedschap geschikt is, kunt
u m.b.v. de meegeleverde magneet testen:
als deze van buiten op de bodem van het
kookgereedschap blijft vast zitten, mag
het gereedschap op de inductiekookplaat
worden gebruikt.
4. Niet geschikt zijn potten en pannen van
aluminium, koper, glas, keramiek en
gedeeltelijk van chroomnikkelstaal.
5. De bodemdiameter van het kookgereedschap
moet 12 t/m 26 cm bedragen.
6. Plaats het kookgereedschap telkens in het
midden van de kookplaat.
7. Pas het verwarmingsvermogen resp.
de temperatuur aan het gebruikte
kookgereedschap aan. Bij gebruik van
kleine potten en pannen kunt u reeds bij
180 °C of 1.400 Watt grilleren. Een te hoge
stand kan bij klein kookgereedschap tot
beschadigingen leiden.
8. Bij gecoate potten en pannen kan de
coating bij te sterke verwarming schade
oplopen. Neem a.u.b. bij kookgereedschap
principieel de instructies van de fabrikant
over het toepassingsgebied van het
gereedschap in acht. Kies in geval van
twijfel een lagere verwarmingsstand om
schade te voorkomen.
Temperatuur °C
Druk twee keer op FUNKTION. Het
controlelampje “°C” licht op.
Stel met de plus- resp. minus-knop de gewenste
temperatuur in.
De volgende temperatuurstanden zijn beschik-
baar:
Stand 1 60 °C Warmhouden
Stand 2 100 °C Vitamine-
besparend koken
Stand 3 140 °C Vitamine-
besparend braden
Stand 4 180 °C Braden /
aankoken
Stand 5 220 °C Grilleren
Stand 6 240 °C Grilleren
PLUS/MINUS-knoppen
Met de plus- resp. minus-knop kunt u de
gewenste invoeren bij de voorprogrammering,
het verwarmingsvermogen of de temperatuur
uitvoeren, zoals boven beschreven.
Start/Stop-knop
Druk op de START/STOP-knop om het apparaat
in te schakelen.
Op de display verschijnt OO als indicatie dat het
apparaat aangesloten is.
Als er geen knop wordt ingedrukt, schakelt het
apparaat na 2 uur automatisch uit.
functIe
1. Bij het koken op een inductiekookveld
spaart u tot 50 % stroom. De kooktijd wordt
met tot 30 % verkort.
2. Bij het koken met inductie wordt niet het
kookveld zelf verhit, maar de bodem van het
erop staande kookgereedschap voor zover
dit ferromagnetisch is. De warmteopwekking
gebeurt door wervelstromen die via een
magnetisch wisselveld onder de glasplaat
worden gegenereerd.
3. De voordelen zijn:
Korte reactietijd, daarom korte voorver-
hittingstijd, snelle en exacte regeling van
de warmtetoevoer.
Snelle warmteopwekking, omdat de ener-
gie na het inschakelen onmiddellijk volle-
dig beschikbaar is.
Koele kookplaat die alleen door de van het
kookgereedschap gereflecteerde warmte
wordt verhit.
Comentarios a estos manuales